Inzetten op een circulaire economie verlaagt de druk op milieu en klimaat. Het biedt kansen aan bedrijven en zorgt ervoor dat de EU als economische regio minder afhankelijk wordt van buitenlandse grondstoffen.
Veerkracht – toegang tot materialen en grondstoffen
Door slimmer om te gaan met wat we hebben, maken we onze economie minder kwetsbaar. We worden minder afhankelijk van (schaarse) grondstoffen uit het buitenland. Zo vangen we prijsschommelingen beter op, worden we autonomer en zijn we minder de speelbal van competitie.
Groei en innovatie – sterker door samenwerking
Alsmaar meer bedrijven ontdekken de kansen van circulair ondernemen. Ze werken samen, delen kennis en vinden nieuwe oplossingen. Zo groeit de circulaire sector twee keer sneller dan de rest van de economie. Goed voor meer veerkracht bij schokken, meer toegevoegde waarde en een betere concurrentiepositie.
Werkgelegenheid – jobs met betekenis
Een circulaire economie schept nieuwe banen: van slimme ontwerpers tot gespecialiseerde herstellers. Tegen 2030 zouden er 30.000 tot 100.000 jobs kunnen bijkomen, ook voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Tegelijk zullen er jobs verdwijnen. Een sociaal rechtvaardige transitie moet die werknemers en bedrijven begeleiden in de omschakeling.
Klimaatdoelstellingen – minder uitstoot en impact
Twee derde van onze CO2-uitstoot komt van hoe we met materialen omgaan. Door circulair te werken, kunnen we die uitstoot – en dus onze impact op het klimaat – flink verminderen. Bij textiel bijvoorbeeld kan de materialenvoetafdruk met meer dan 50 % afnemen.
Bescherming – beter voor mens, milieu en biodiversiteit.
Door minder nieuwe grondstoffen te gebruiken, beschermen we de natuur. Want 90 % van het verlies aan biodiversiteit komt door grondstoffen te winnen en verwerken. Met circulaire oplossingen temperen we onze honger naar verse grondstoffen, en verminderen we de druk op onze planeet.